Pacifisme

society, emancipation, opinion

Pacifisme is sindskort weer een stroming waarvan, of misschien preciezer, waarover te horen is. Natuurlijk wegens de oorlog in Oekraïne. Met name pacifisten van het oude uur halen nu en dan wat herinneringen op aan de late Sovjet-tijd, en merken meestal redelijk neutraal op dat je weinig mensen een lans voor het pacifisme hoort breken. Ik denk dat dat voornamelijk komt omdat het conflict in de beleving van veel Nederlanders ‘ver weg’ is, en er geen actieve Nederlandse deelname in het conflict in het verschiet ligt. (Ik merk overigens graag op dat Rome verder ligt dan de Oekraïnse grens.) Oorlog in directe zin – al kun je je afvragen of die tijdens de Sovjet-tijd direct was – is dus niet iets waartegen je je hoeft af te zetten.

Toch stoort mij het opbrengen van het pacifisme als mogelijke visie op deze oorlog (of de oorlog van toen), en als geldig, redelijk of menselijk alternatief, want zo wordt en werd pacifisme m.i. gepresenteerd. “Geen oorlog, want dat is vreselijk.” Het is moeilijk het daarmee oneens zijn, maar zoals met alle pogingen tot platslaan van nuance: ze belemmeren het nadenken over wat er nu echt aan de hand is.

Daarom wil ik kort verkennen wat pacifisme nu is, in theorie en in praktijk. Het woord zelf is de negatie van actie, waarmee denk ik met name aan militaire actie gerefereerd wordt. Daar komt de beweging denk ik inderdaad min of meer op neer: het uitsluiten van militaire acties. Dat werpt direct enkele vragen op: wat is de context? Militaire actie als reactie of provocatie? Misschien dat Amerikanen in de jaren 60 en 70 met pacifisme naar concrete voorvallen van het laatste konden verwijzen, wij Europeanen, Nederlanders, kunnen dat toch niet. Ik ben geen historicus, dus helemaal zeker ben ik er niet van, maar Nederlanders die zich pacifist noemen zijn volgens mij pas echt een fenomeen na de onafhankelijkheid van Indonesië, het laatste pro-actieve militaire optreden van Nederland. Pacifisme als beweging is van na die tijd.

In praktijk zullen pacifisten dus ook het eerste beoogd hebben: militair optreden ook als reactie categorisch uitsluiten. Context? De Koude Oorlog, “de bom”. Het gevoel dat er maar een klein misstapje nodig is om de oorlog met de Sovjets te escaleren tot een nucleaire winter. Ik wil verder met de vraag: wat zijn de denkfouten in deze interpretatie van pacifisme. Allereerst, en dat is zeker in 2022 van belang, moeten we ons afvragen over welke oorlog, welk conflict we het dan hebben. Waarom is kennelijk militair ingrijpen daarin van sprake (als dat niet was, dan hoefde je ook geen pacifist zijn)? De vijand is min of meer hetzelfde als toen: de Russen/Sovjets. Dat is opmerkelijk! Wij dachten dat de Koude Oorlog over was, dat het einde van de geschiedenis (sorry dat ik meetrap) daar was. Ik denk dat het belangrijk is te beseffen dat we het niet over een nieuw conflict hebben, maar hetzelfde conflict. Eenieder die ooit eens wat van een Kremlin-ideoloog heeft gelezen weet dat: je hoeft niet heel veel van Doegin te lezen om tot deze conclusie te komen. Het conflict is in feite hetzelfde als tijdens de Tweede Wereldoorlog, althans in de Westerse beleving: vrijheid en democratie. Voor Stalin ging het natuurlijk gewoon om overleven, winnen, territorium (zoals moderne Kremlin ideologen ook nog gewoon openlijk denken); elementaire machtspolitiek.

Terug naar de vraag: denkfouten in het pacifisme. Ten eerste haal je een onderhandelmiddel van tafel. Dat is koud en calculerend, maar daarom niet minder waar. In een conflict is van tevoren militaire actie uitsluiten een concessie, die een vijand die er minder edele denkbeelden op na houd eenvoudig kan en zal misbruiken. Onderdeel van MAD is precies dit: de wetenschap dat de ander de capaciteit en bereidheid heeft. Ik geloof dat historici het erover eens zijn dat MAD ons voor al teveel escalatie behoed heeft: daarmee is bewijs geleverd dat democratie inderdaad zachtjes moet lopen, maar gewapend met een grote stok.

Daarnaast zit de omkering mij niet lekker: als een vrouw met een rokje loopt, is zij niet verantwoordelijk voor eventuele belagers. De capaciteit en bereidheid te reageren is iets heel anders dan zelf te provoceren (= initieren). Het is niet escalerend om een boete in het vooruitzicht te stellen indien iemand zich misdraagt; het is de misdraging die escaleert. Het is jammer te constateren dat je in een wereld woont waarin je genoodzaakt bent zulke zaken in andermans vooruitzicht te stellen, maar het is nog meer jammer om dat niet te doen en je vijand een kans te geven. Als je vind dat vrede iets waard is, dan toch zeker democratie en vrijheid. Ook ontmenselijkt het de vijand als hersen- en wezenloos; alsof die niet anders kan dan mechanistisch handelen volgens de logica der macht en derhalve het Goede van ons afhangt. Aanmatigend.

Pacifisme gaat ook mee in geopolitiek machtsdenken: het vereist het indelen van de wereld in groepen. Immers, concreet werden de meeste schermutselingen ergens tussen Oost en West gevoerd, en een pacifist zou, zoals ze daar wel weten, bar weinig stok achter de deur bieden voor de onderdrukten. Hongaren, Tsjechoslowaken, Polen, voor deze mensen moet je dan vaststellen dat ze zich tot nader order niet mogen bemoeien met hun eigen bestuur, vrijheid, etc. Zij moeten zich, omwille van de vrede, zich maar voegen aan de onderdrukker waar zij helaas niet zoals wij aan konden onttrekken in de Tweede Wereldoorlog. De pacifisten en het Kremlin bepalen wel eventjes wat er van belang is en hoe de wereld verder ingericht wordt.

Pacifisme is dus nader beschouwd niet ver van Doeginesque machts-/geopolitiek denken: er zijn een wij en een zij, er zijn groepen derden die de inzet zijn van onze (wij en zij) tot vrede. Pacifisme is dus onderwerping, en als niet zichzelf, dan dat van de ’tussenmens’: de Oost-Europeaan, de Rus zelf, de Zuid-oost-Aziaat, en noem de lijst proxy-conflicten maar op. Op al deze plekken streden mensen voor dezelfde vrijheid en democratie zoals wij hier hebben, en precies zoals wij (althans de dapperen onder ons) die hebben bevochten. Natuurlijk, in elk van die conflicten speelde meer mee en we kunnen achteraf stellen dat Vietnam op eigenlijk elk aspect een grandioze fout was. Maar met het tegen een bepaalde oorlog zijn, is het tegen elke oorlog zijn geen direct logisch gevolg. Behalve zeer onzalige typen zijn we toch maar wat blij dat Nederland een helpende hand is geboden in de laatste wereldoorlog.Een consistente pacifist had in juni 1940 gezegd: het is jammer, maar het is niet anders.

Pacifisme is fundamenteel misleid en misplaatst. Er zijn motivaties voor gewapend conflict te vinden die stand houden onder eisen over menselijkheid en waardigheid, bijvoorbeeld de wens tot vrijheid en democratie. Je kunt niet accepteren dat de prijs van vrede onderwerping aan een crimineel bewind is, dat is juist geheel tegengesteld aan menselijkheid. De context van het conflict doet er dus toe, en ik geloof hoop dat oud-pacifisten daar inmiddels gevoelig voor zijn of worden.

Oekraïners kan hun recht op zelfbeschikking en vrijheid van de criminele Kremlin-oligarchie niet ontzegt worden omdat Nederlanders, West-Europeanen vrede willen. Dat is nu precies het soort uitwisseling waar iemand met menselijkheid hoog in het vaandal tegen behoort te zijn. Het is het Kremlin dat deze oorlog begon, het is aan ons deze te beëindigen. Wat mij betreft: door het Kremlin voor eens en voor altijd uit te schakelen, en er iets menselijks voor terug in de plaats te laten groeien. De zure werkelijkheid is denk ik dat pacifisten mede dit bewind continuïteit hebben geschonken, en daarmee hun strijd tegen de menselijkheid tot op de dag van vandaag hebben helpen laten voorbestaan. Als ik nou ergens bang voor ben, is het geen atoombom, maar het idee dan dit door en door verotte bewind er met zijn kille machtspolitiek over 50, 100 jaar nog zou zijn, en op elk moment bereid is burgerdoelen aan te vallen opdat geen Russisch-sprekende het maar in het hoofd haalt dat hij weleens net zo vrij en fatsoenlijk zou kunnen leven als de andere Europeanen.

Dit eeuw-oude conflict is al veel te lang aan de gang, het werd tijd dat het gezwel eens werd weggesneden. Ja, dat doet pijn, maar niet minder dan al 100 jaar rondlopen met een steeds weer uitzaaiende kanker die dood en verderf zaait waar het maar komt.

Vrede voor ons is vrijheid en democratie overal.