Abram de Swaan

sociology

Ooit had ik college van Abram de Swaan, een college waarvoor ik De Mensenmaatschappij moest lezen. Dit boek viel me op wegens zijn toegankelijke stijl en taalgebruik: het las bijna als een roman, terwijl het in weinig bladzijden de hoofdlijnen van samenlevingen schetst. Samenlevingen in het algemeen, met hier en daar wat specifiek detail over de Nederlandse (ik herinner me hoe polders ons tot conformisme dwong). Ik herinner me daarnaast zijn complimenten over de bovengemiddeld geinteresseerde, actieve en slimme groep studenten die wij waren (van de studie Beta-Gamma, niet Sociologie).

Ik ben nooit verder gegaan in de sociologie, maar sindsdien is gebleken dat het een van mijn beroemdste professoren is. Waar weet ik niet meer, maar ik vernam dat zijn studie van samenlevingen niet enkel werk was, het was ook persoonlijk door om te gaan met de samenleving, door bijzondere of belangrijke mensen te kennen (ik kon dit niet aardiger opschrijven), door een mening te hebben over actuele onderwerpen, door mensen uit andere samenlevingen te kennen, en door niet enkel te schrijven voor zijn collegae maar ook een algemener publiek.

Buiten De Mensenmaatschappij heb ik echter nooit meer iets van hemzelf gelezen, en een noot in een artikel in de Groene leidde tot de vaststelling dat hij vaak schreef voor De Gids, en dat die schrijfsels vrij te lezen zijn via (De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren)[https://www.dbnl.org/auteurs/auteur.php?id=swaa005]! Het eerste dat ik lees is Wetenschap als verhaal waar hij elegant en duidelijk de stijl van het wetenschappelijke artikel verklaart, bekritiseert en toch ook verdedigt. Het artikel zelf is het voorbeeld dat hij wil geven.

Vies Eten en Anti-Israëlische enthousiasmes en de tragedie van het blind proces raad ik ook aan. Ze onderschrijven het beeld van De Swaan als Homo Universalis, een wetenschapper in de wereld, niet los daarvan. Misschien is het geen toeval dat in die studie Beta-Gamma dat beeld expliciet langs kwam en welk ik sindsdien als persoonlijk doel, maar ook als eigenlijk doel voor elke wetenschapper hou: op de universiteit leer je op eerste plaats denken, het specialisme is bijzaak. Mits het een beetje is gelukt dat denken goed onder de knie te krijgen, is het vervolgens overal toepasbaar. Het enige dat vereist is voor onderzoek naar een nieuw gebied is onderzoek naar het nieuwe gebied en een gepaste houding: als je ergens nieuw bent moet je niet te snel van de toren blazen. Aan de andere kant, als je denkwerk aan alle dubbel en crosschecks voldoet, en het resultaat is het blazen waard, blaas dan. Soldaten van de wetenschap zouden hun werk verzuimen, zichzelf en de samenleving niet te goeder trouw zijn als ze hun denkwerk onnodig beperkten of voor zich hielden. Het verband tussen links activisme en antisemitisme dat De Swaan bijvoorbeeld ontdekt moet niet tot de wetenschap beperkt blijven.

De Swaans voorkeur voor Freejazz gaat me iets te ver, maar ik denk dat de Jazzy Chill-Hop die ik beluisterde bij het lezen wel aardig in stijl was.